De Levant, Egypte, en de Slag bij Gaugamela
Verovering van de Levant
Deel 1 van deze reeks eindigde bij de Slag bij Issus, in het najaar van 333 v. Chr. Nadat Alexander het Anatolische schiereiland had veroverd, troffen het Macedonische leger en het Perzische leger elkaar nabij Issus, een plaats in het zuidoosten van het huidige Turkije. Dankzij een drieste actie van Alexander overwonnen de Macedoniërs. De Perzische koning Darius III moest vluchten en de Alexander nam het Perzische basiskamp in, compleet met de vrouw, moeder en kinderen van Darius III. Tijd voor een Macedonisch feestje? Nee. Of misschien wel, maar dan toch niet te lang.
Want, Alexander had dan wel een veldslag gewonnen, het gigantische Perzische Rijk was nog verre van veroverd. Dus trok Alexander de Grote verder zuidwaarts, om de Fenicische kuststeden te onderwerpen. Deze steden waren de uitvalsbasis van de Perzische vloot in de Middellandse zee en dus van groot strategisch belang. Zoals eerder in Anatolië gaven veel steden zich meteen over aan de Macedonische koning, maar bij Tyrus in het huidige Libanon kwam het tot een maandenlange belegering. Tyrus wenste neutraal te blijven, maar dat zag Alexander niet zitten. Tyrus was immers een belangrijke haven, waar bovendien nog steeds Perzische schepen kwamen. Alexander eiste de volledige overgave én toegang tot de stad.
Nu had Tyrus een stadsdeel dat gelegen was op een eiland, honderden meters voor de kust. Een zeer moeilijk in te nemen stadsdeel dus, en Tyrus weigerde dan ook de stad open te stellen voor de Macedoniërs. De oplossing van Alexander? Hij liet een dam bouwen tot aan het eiland, bracht zijn belegeringstorens over de dam tot aan de stadsmuren en dat was, na veel vijven en zessen uiteraard, dan alweer dat. Een stukje creativiteit van Alexander dat ondertussen, na eeuwenlange natuurlijke afzettingen tegen de pier, een landbrug is geworden. Op naar Egypte.
Farao van Egypte
Het machtige -en toen ook al eeuwenoude- Egyptische Rijk was op dat moment ook onderdeel van het Perzische Rijk, maar daar was Egypte niet bepaald gelukkig mee. Ze waren al enkele keren in opstand gekomen, maar werden telkens ook terug opnieuw veroverd door de Perzen. Wanneer het Macedonische leger uit de Sinaï woestijn tevoorschijn kwam werd Alexander dan ook hartelijk onthaald als bevrijder en nieuwe koning. Alexander III, koning van Macedonië, werd nu ook gekroond tot farao van Egypte.
Met de titel van farao verwierf Alexander voor het eerst een goddelijke status, wat nog bevestigd werd door een orakel in de woestijn dat hem vertelde dat hij de zoon was van Zeus. Of Alexander dit zelf ook geloofde of het enkel gebruikte als propaganda weten we niet zeker. Wat wel zeker is, is dat Alexander na het bezoek aan het orakel de beroemde stad Alexandrië zou stichtten.
Hierna keerde hij met zijn leger terug naar Tyrus, om van daaruit verder oostwaarts te trekken, richting het hart van Perzië, op zoek naar Darius III. Die had in Babylon opnieuw een gigantisch leger verzameld met de befaamde ruiters uit de oostelijke satrapen (provincies) van zijn rijk.
Het hart van Perzië
Beide legers troffen elkaar in de herfst van het jaar 331 v. Chr. in het noordoosten van het huidige Irak: een veldslag die de geschiedenis zou ingaan als de Slag bij Gaugamela. Opnieuw versloeg Alexander het Perzische leger. Opnieuw moest Darius III vluchten.
Na de Slag bij Gaugamela lag de weg naar het hart van Perzië open. De belangrijkste steden van het Perzische Rijk zouden snel in handen vallen van de Macedoniërs. Zonder verzet, vermoedelijk uit zelfbehoud, werden de poorten van de Perzische hoofdsteden geopend voor Alexander en zijn leger. Babylon verwelkomde Alexander en zijn leger met een heuse parade. Susa, ooit de hoofdstad van Elam, stak vreugdevuren aan.
Verder naar het zuidoosten opende ook Persepolis zijn poorten voor Alexander de Grote. Persepolis was een symbolische stad, vol met paleizen en begraafplaatsen van de grote Achaemenidische koningen. Maar de stad zou niet met hetzelfde respect behandeld worden als Babylon en Susa. Persepolis werd geplunderd, en bij zijn vertrek enkele weken later zette Alexander delen van de stad in lichterlaaie. Volgens sommigen was dit uit wraak voor de verwoesting van Athene en de Akropolis door de Perzen, een gebeurtenis die meer dan honderd jaar eerder had plaatsgevonden.
Men zou kunnen stellen dat Alexander nu toch echt gedaan had waar hij voor gekomen was. Hij had het Perzische leger verslaan én hij had de belangrijkste steden van Perzië in zijn macht. Er was echter nog een hoofdstad die noordelijker lag, Ecbatana genaamd. Ecbatana, het huidige Hamadan in Iran, was ooit de hoofdstad van Medië en tevens de stad waar Darius III naartoe was gevlucht na de Slag bij Gaugamela. Darius wilde hier opnieuw een leger samenstellen, samen met zijn officiers uit het oosten van zijn rijk. Toen Alexander in Ecbatana aankwam was Darius echter al vertrokken, richting het oosten. De achtervolging werd ingezet, maar Alexander trof Darius III dood aan, verraden en vermoord door zijn eigen officieren.
Alexander was woest. Hij liet Darius met de grootste eerbewijzen begraven en zette toen de achtvolging in op Bessus, een van de verraders die zich tot nieuwe koning en leider van het Perzische leger had uitgeroepen. Nu ja, hét Perzische leger? Enkel het deel dat nog tégen Alexander wilde vechten. Velen sloten zich aan bij de Macedoniërs. Alexander trok als een bezetene door het huidige Afghanistan, over de Hindoekoesj om uiteindelijk Bessus te pakken te krijgen in de provincie Bactrië, gelegen in het grensgebied van het huidige Oezbekistan, Tadzjikistan en Afghanistan. Alexander stuurde Bessus naar Susa, waar de moeder van Darius mocht beslissen over het lot van de moordenaar van haar zoon. Dat het niet zo goed afliep met Bessus, lijkt me duidelijk.
Op naar deel 3
Met de dood van Darius III én Bessus had Alexander de facto het Perzische Rijk veroverd. Hij was nu de nieuwe Perzische koning. Maar tijd om op zijn lauweren te rusten had hij nog niet. Er waren nog opstandelingen in het oosten van het rijk, en bovendien reikte Alexanders ambitie nog veel verder dan het Perzische Rijk. Maar dát, dat is voor deel 3.